De Subsidievakman houdt focus op het resultaat én de samenwerking

Interreg

Het Interreg-programma is het Europese subsidieprogramma gericht op meer samenwerking tussen de verschillende regio’s in de landen van de Europese Unie. In een Interreg-project dienen daarom altijd meerdere partijen, uit verschillende landen van de Europese Unie, deel te nemen. Naast de aansluiting van een project op de specifieke inhoudelijke doelstellingen van het subsidieprogramma, dient een project dan ook een uitgewerkte strategie te hebben voor duurzame transnationale samenwerking tussen de partners in het project.

 

Er zijn drie onderdelen in Interreg te onderscheiden:

  • Interreg A: grensoverschrijdende samenwerking
  • Interreg B: transnationale samenwerking
  • Interreg C: interregionale samenwerking

 

Ieder onderdeel van Interreg en ieder deelprogramma daarbinnen, heeft eigen inhoudelijke doelstellingen en formele vereisten voor deelname. Het karakter en de structuur van de projecten is daarom ook verschillend per onderdeel en deelprogramma. Ieder onderdeel en deelprogramma is echter wel opgesteld binnen de hoofddoelstellingen van de Europese Unie voor de komende programmaperiode, die loopt van 2020-2027.

 

De meeste decentrale programma’s zoals Interreg zijn gekoppeld aan de Europese Green Deal, waarbinnen de volgende thema’s zijn opgenomen:

  1. Slimmer: innovatie, digitalisering, concurrentiekracht van het
    MKB.
  2. Groener, koolstofarm: duurzame energie, klimaatadaptatie,
    circulaire economie, biodiversiteit.
  3. Meer verbonden: (duurzame) mobiliteit, digitale connectiviteit.
  4. Socialer: toegang tot kwaliteitswerk en onderwijs, integratie van achtergestelde groepen, gelijke toegang tot gezondheidszorg.
  5. Dichter bij de burger: duurzame ontwikkeling op lokaal niveau.
  6. Governance

 

(Bron: Europese Commissie, Bureau Buiten)

null

Interreg A, B en C

Het onderdeel Interreg A is gericht op grensoverschrijdende samenwerking tussen landen die direct aan elkaar grenzen. Voor Nederland zijn de programma’s Nederland-Duitsland, Euregio Maas-Rijn en Nederland-Vlaanderen van belang.

Al naargelang regionale herkomst kunnen Nederlandse projecten in Interreg A dan samenwerken met België, Duitsland, Frankrijk. Voor een overzicht van de gebieden, zie de interactieve kaart van de EU.

Projecten uit het Onderdeel B zijn gericht op transnationale samenwerking binnen het programmagebied. De samenwerkende regio’s hoeven dus niet per se aan elkaar te grenzen. Voor Nederland zijn er twee relevante programma’s: Noordwest-Europa en de Noordzee-regio. Kijk voor een overzicht van de gebieden op de interactieve kaart van de EU.

Voor het onderdeel Interreg VC is maar één programma opgesteld, dat openstaat voor aanvragers uit alle landen van de Europese Unie. Het doel is interregionale samenwerking en kennisuitwisseling te bevorderen.

Dienstverlening De Subsidievakman

De aanvraagprocedure, het (financieel) beheer en projectmanagement van Interreg-projecten worden vaak als ingewikkeld, bureaucratisch en tijdrovend ervaren. De Subsidievakman kan als ervaren subsidieadviseur deze werkzaamheden in belangrijke mate voor u vereenvoudigen, structureren en toelichten. Ook kan De Subsidievakman als financieel projectmanager of financieel beheerder van uw Interreg-subsidieproject fungeren.